Haagwinde
Convolvulus sepium
Windefamilie
---------------------------------------------------------------
Haagwinde is een van onze beruchtste onkruiden in de ogen van volwassenen. Het is ook een plant met grote mooie sneeuwwitte bloemen die door alle kinderen wordt gekend en bewonderd.
De stengels klimmen tegen de richting van de wijzers van de klok in. Dat noemen we rechtswindend. Hekwerken, regenpijpen, palen en heggen zitten soms helemaal vol met haagwinde. De plant bereikt soms een hoogte van enkele meters. De opvallende bloemen bloeien maar één dag en sluiten zich bij somber weer. Vijf meeldraden omsluiten de stamper zodanig dat ze samen een kolom vormen in het centrum van de bloem. Na bevruchting ontstaat er een doosvrucht met 1 tot 4 zaden.
Naast de windende, nauwelijks vertakte stengels vormt de plant in open terrein ook uitlopers die zich sterk vertakken totdat ze een hard voorwerp tegenkomen. Dan duiken ze de grond in, verdikken, vormen wortels die de scheut de grond in trekken, en zenden weer windende stengels omhoog. Op deze manier kan haagwinde flinke oppervlakten koloniseren.
Behalve door uitlopers kan de plant zich ook door zaden vermeerderen.
De bloemen van haagwinde worden bezocht door bijen, hommels, vuurvlindertjes en zweefvliegen. Eén van onze grootste nachtvlinders, de windepijlstaart, zet haar eieren af op de plant. De rupsjes eten zich vol met de bladeren. De vlinder zal weinig van de nectar kunnen genieten omdat de bloemen immers gesloten zijn als de nacht valt.
Haagwinde is een zeer hardnekkig onkruid en is door de aanwezigheid van wortelstokken nauwelijks zonder gebruik van herbiciden te bestrijden. In de tuin zit er niets anders op dan vaak te spitten en alle onderdelen van de plant met de hand te verwijderen. Daarna kun je de grond het beste nog een tijdje braak laten liggen om te kijken of er toch nog niet uitlopers gaan ontstaan. In het openbaar groen is deze werkwijze natuurlijk niet haalbaar. Er zijn hoopvolle resultaten met het stomen van de grond.
De geslachtsnaam ‘Convolvulus’ betekent ‘omheen winden’. De soortaanduiding ‘sepium’ betekent ‘heg’. De Nederlandse naam ‘haagwinde’ is dus nagenoeg identiek aan de wetenschappelijke naam.
In de volksmond wordt haagwinde vaak ‘pispotje’ genoemd. In Bavel ook ‘klimop’.
Bloem | Bloemkroon 3 - 6 cm lang, trechtervormig vergroeid en sneeuwwit. De kelk bestaat uit 5 losstaande toegespitste bladen die voor een deel worden bedekt door 2 lange stengelbladen. Alleenstaand. Zie foto 2. |
Hoogte | Tot 3 m. |
Bloeitijd | Juni – herfst. |
Blad | Verspreid, enkelvoudig. Breed eivormig met pijl- tot hartvormige voet en toegespitste top. Zie foto 3. |
Stengel | Dun, windend. |
Vruchten | Doosvrucht. |
Overig | Vaste plant met boven- en ondergrondse uitlopers. |
Standplaats | Natte tot vochtige, voedselrijke grond. |
In Breda | Langs heggen, in plantsoenen en aan de singels. |
Vergelijk | Akkerwinde (Convolvulus arvensis). De bloemen van akkerwinde zijn echter roze en het blad pijlvormig. |